Vertel in het buitenland dat je uit Nederland komt, en je hoort: ‘Ah! Tulpen, molens, Cruijff’ Of: ‘Tulpen, dance, kaas’. De tulpen zitten er altijd bij. Logisch ook. Die zijn al eeuwen bepalend, niet alleen voor het landschap, maar ook voor het Nederlands ondernemerschap. Wij hebben sinds april 2020 een eigen tulp. De ‘AFAS’ tulp om precies te zijn. Omdat we de symboliek geweldig vinden. Én omdat het gewoon een supermooie bloem vinden.
Er is een internationaal register van tulpen. Daar staan zo’n 8000 unieke soorten in. Allemaal met hun eigen naam. De meeste namen worden gegeven door de kwekers. Naar hoe de bloem eruit ziet, naar de kleur, of naar hun kinderen.
Je kunt ook een tulp op jouw naam zetten. Dat hebben wij gedaan. Net Johan Cruijff, schrijversduo Nicci French, en chefkok Jonnie Boer. Met een beetje geluk zie je onze tulp volgend jaar bloeien in de tuinen van ons AFAS Experience Center.
De tulp is eigenlijk een heel eenvoudige vorm. Iconisch bijna. Ieder kind kan hem tekenen. Tegelijkertijd zit er een emotionele kracht in die veel mensen aanspreekt. Geen enkele bloem bloeit zo fel en is er in zo veel kleuren, rozen niet, dahlia’s niet. En geen enkele bloem is er in zo’n grote diversiteit. Gestreept, gevlamd, gekarteld. En… de tulp verschijnt als iedereen er helemaal aan toe is. Op het moment dat hele natuur nog helemaal kleurloos is, en je verlangt naar lente. Daar word je blij van!
De handel in tulpenbollen groeide en groeide. Voor koopmannen was de tulp een enorm statussymbool. En ze waren schatrijk. Dus ze kochten tulpenbollen voor bizarre prijzen. Voor je gevoel: één bol bracht hetzelfde op als een heel grachtenpand. De tulpenmanie is die periode begin 17e eeuw gaan heten. Óveral ging het om de tulp. Moet je maar eens kijken in het Rijksmuseum naar schilderijen uit die tijd. De overheid vond het op een gegeven moment veel te risicovol en greep in. Daardoor stortte de handel in tulpenbollen in. Of nou ja, eigenlijk moeten we zeggen: ging terug naar normale proporties. Want echt goedkoop werden tulpen niet.
Vergroot je controle - en accepteer het geluk
Het begint allemaal bij de basis: de bodem. De geestgronden rond Haarlem zijn heel geschikt voor de bollenteelt. Maar daarmee ben je er niet. Je kunt droge jaren hebben, of juist heel natte, koude of juist heel warm. In de bollenteelt zijn de invloeden van de natuur stukken groter dan in pak-em-beet de softwareindustrie. Toch geldt voor beide dat het goed is de controle zo veel mogelijk te vergroten. Bollenkwekers doen dat bijvoorbeeld met de juiste bestrijdingsmiddelen (wist je trouwens dat dat eigenlijk al helemaal duurzaam is) en door steeds sterkere rassen te maken. En – eerlijk is eerlijk: voor de rest is het ook geluk. Dat wensen we je toe!
Het verhaal van de tulp begint rond de 16e eeuw in Constantinopel. De sultans waren stapeldol op tulpen. Die groeiden toen alleen nog in het wild, in Kazachstan. De Sultans lieten de bollen overkomen (inwoners betaalden er hun belasting mee), plantten ze in de paleistuin en hielden enorme feesten (denk: schildpadden met kaarsjes op hun rug om de tuinen met tulpen ’s avonds aan te lichten).
Handelaren uit onze lage landen kregen een aantal van die bollen mee. Maar die hadden geen idee wat ze ermee moesten. Lang verhaal kort: de bollen eindigden op de composthoop van een hortus botanicus. En daar groeiden in het voorjaar ineens tulpen. Dat kon geen toeval zijn. Nederlanders groeven de bollen weer op, en begonnen ze te vermeerderen. Dat was het begin van een succesverhaal dat nog steeds voortduurt.
Vijftien jaar. Zo lang duurt het gemiddeld voor een nieuwe tulp goed uitontwikkeld is. En dan nog is het de vraag of je nieuwe tulp het gaat redden. Uiteindelijk kan de steel te slap zijn, de bladeren niet groen genoeg, wat dan ook. Het duurt zo lang, omdat je voor het kruisen en vermeerderen steeds een heel seizoen nodig hebt. In de herfst plant je de bollen, in de lente komen ze op. Dan selecteer je de beste bloemen die die je in de herfst weer plant, en zo ga je zo vele jaren door totdat je een stevige mooie bloem hebt ontwikkeld. Succes komt je als ondernemer niet altijd aanwaaien. Maar als je steady doorwerkt aan je ideaal, sta je uiteindelijk superstevig.
Een troostrijke voorjaarsgroet
Om in deze donkere dagen wat kleur te brengen, zijn er tweeduizend AFAS-tulpen bezorgd bij bewoners van het zorgcentrum Lisidunahof in Leusden. In de Lisidunahof wonen ouderen met een vorm van dementie. Ook is er een afdeling voor jong dementerenden. De bloemen zijn verspreid in de hal van het zorgcentrum en onder bewoners en medewerkers. Daarnaast is ook de binnentuin van de bewoners verandert in een bloemenzee.
Saskia Albrecht is tuinarchitect en directeur van het Tulpfestival. Het festival waar de AFAS tulp dit jaar getoond wordt. Het festival ook dat er voor zorgt dat er in april honderdduizenden tulpen bloeien in Amsterdam. Van de grachtengordel tot de Bijlmer. Met als uiteindelijke doel: een tulp voor iedere Amsterdammer. Waarom Saskia dat doet? Omdat ze de tulp ziet als een superverbinder.
‘Zet grote schalen en bakken met tulpen neer en iedereen gaat er naartoe. Rijk, arm, jong, oud, en van alle nationaliteiten. Mensen pakken hun camera, een boterhammetje, gaan erbij zitten en geníéten. Daar gaat het om. Dit is een festival voor iederéén.’
Saskia Albrecht - Directeur Tulpfestival
AFAS Software is een Nederlands familiebedrijf, gevestigd in Leusden, en daar zijn we trots op. Wist je dat AFAS eigenlijk de enige grote Nederlandse softwareleverancier is? We zijn een op- en top Nederlands familiebedrijf, dat niet extern gefinancierd wordt.
Eigenlijk alle collega-softwareleveranciers waar je misschien wel eens van gehoord hebt, zijn in handen van zogenaamde private equity-partijen of beursgenoteerd. Wat betekent het voor ons dat we zelf eigenaar zijn van AFAS? Dat wij de volledige focus kunnen houden op een plezierige, langdurige klantrelatie met jouw organisatie en ons niet elk kwartaal druk hoeven maken om zoveel mogelijk waarde voor aandeelhouders te genereren. Benieuwd waarom we trots zijn op onze Nederlandse wortels en hoe we invulling geven aan onze identiteit? Op deze pagina leggen we het uit.